Trend onbeperkt aantal vakantiedagen als arbeidsvoorwaarde. Te mooi om waar te zijn - en dat is het dan ook! Flexibel werken, OK, minder regels, OK.

Werkgevers bieden steeds vaker banen aan met een ongelimiteerd aantal vakantiedagen als arbeidsvoorwaarde. In Nederland steeg het aantal banen met onbeperkte vakantie de afgelopen twee jaar van 77 naar 230. Dit blijkt uit onderzoek van vacaturesite Joblift. Volgens hen is er sprake van een trend. Onbeperkt vakantie komt daarmee in de hitlijst van lokkertjes, waar langdurig vaderschapsverlof en het overnemen van studieschuld ook hoog scoren. 

Net zoveel vakantie opnemen als je wilt. Het doet denken aan reclame voor onbeperkt mosselen of spareribs eten: ‘All You Can Eat’. Het roept ook gemengde gevoelens op: het klinkt te mooi om waar te zijn. Tegelijk past het wel heel goed in de tijdgeest. Daarom hoog tijd om het vizier te richten op het fenomeen ‘onbeperkt aantal vakantiedagen’ - via vijf perspectieven. 

1.  Weinig regels, veel vertrouwen

De meeste cao’s bevatten uitgebreide regels over vakantie, verlof en buitengewoon verlof. Die regels zijn vaak juridisch geformuleerd. Je moet ze drie keer lezen voordat je begrijpt wat er staat. Laatst was ik te gast bij een workshop ‘Zo maak je een cao leesbaar’*. We kregen de opdracht om een lastige bepaling over aaneengesloten vakantie te vertalen in gewoon begrijpelijk Nederlands. Leuk maar niet makkelijk! Dan zie je dat zo’n regeling het resultaat is van een aantal compromissen in de cao-onderhandelingen. Stond er ineens een vrouw op die riep: “Weg met die ingewikkelde vakantieregels. Laten we voortaan nog maar één regel hanteren: je regelt je vakantie in goed overleg met je werkgever!” Ik was en ben het van harte met haar eens. Het kan zoveel eenvoudiger en beter als je uitgaat van vertrouwen en verantwoordelijkheid. Het gaat niet alleen om vakantie, maar om alle vrije dagen en verlofdagen. Hoe groot is de kans nu werkelijk dat mensen de vrijheid van een ongelimiteerd aantal dagen niet aankunnen? Je prijst jezelf in geval van ‘misbruik’ vanzelf uit de markt.   

2.  Flexibel werken en leven

Het overboord gooien van regelingen uit de vorige eeuw past in de huidige trend van flexibel werken en leven. Vele kenniswerkers kunnen in principe werken waar, wanneer en met wie zij willen. Thuis, in een trendy koffiebar of strandtent, op kantoor. In binnen- of buitenland. Voor hen ligt 24/7 dichterbij dan van maandag t/m vrijdag van 9 tot 17 uur. Flexibel werken betekent de vrijheid om overdag naar de sportschool te gaan en ’s avonds nog even ‘door te buffelen’; de vrijheid om een dag vrij te plannen na dagenlang van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat doorwerken. Zonder dit precies bij te houden in de administratie. Deze vrijheid gaat niet - of in veel mindere mate - op voor werk waar je op locatie aanwezig moet zijn: buschauffeur, arts, verpleegkundige, receptioniste, automonteur, etc. 

3.  Past het wel? Functie versus aanwezigheid

Mensen met een functiecontract doen hun werk op basis van de taken en verantwoordelijkheden die horen bij de functie. Zij worden uiteindelijk afgerekend op hun resultaten, niet op hun inspanningen -laat staan op het aantal uren dat zij maken. Als een medewerker slim, toegewijd en efficiënt zijn functie vervult in vier van de vijf werkdagen en de resultaten zijn goed, wie zou dan niet als werkgever toestaan dat die medewerker de vijfde dag naar eigen inzicht besteedt, op het werk, thuis, op de golfbaan of aan het strand? Op basis van vertrouwen, zonder verantwoording.

Mensen die op basis van de aard van hun werk op locatie aanwezig moeten zijn, genieten minder vrijheid. Van hen wordt verantwoordelijkheid verwacht dat ‘de winkel’ (zelfs letterlijk) goed draait. Die verantwoordelijkheid kun je neerleggen bij de teams. De een heeft meer behoefte aan vakantie dan de ander; die ander heeft weer speciale wensen op het gebied van werktijden in verband met studie of mantelzorg. Laat de teamleden het onderling regelen. Teamleden die meer vrije tijd nodig hebben zouden dat ook moeten terugzien in hun inkomen. Bij vele bedrijven is de aan- en verkoop van vakantiedagen bovenop een standaard aantal dagen al gebruikelijk. 

4.  Opname vakantiedagen: eerder te weinig dan te veel

In de VS hebben bedrijven als Netflix en Evernote hun werknemers al een vrijbrief voor onbeperkt verlof gegeven. Die vrijheid zorgt eerder voor minder dan voor meer dagen. Werknemers raken verward door die keuzevrijheid waardoor ze juist geen keuze durven maken en geen (extra) verlofdagen opnemen. Dit is niet zo vreemd in een land waar een werkweek van 40 uur als parttime c.q. ‘carrière zelfmoord’ wordt gezien. Voor Nederlanders is dit ondenkbaar. Bij ons geeft de wet werknemers het recht op vier weken per jaar doorbetaald vakantieverlof. In Amerika betekent vakantie opnemen vaak onbetaald verlof. Dan is de keuze om op vakantie te gaan de keuze om die maand minder geld te verdienen. In Nederland nemen werknemers eerder te weinig dan te veel vakantiedagen op in relatie tot de norm. Dit heeft geleid tot stuwmeren van vakantiedagen, die dan na verloop van tijd komen te vervallen. 

Ongelimiteerde vakantie is niet per definitie een voordeel. Het hangt sterk af van het werk-ethos bij de organisatie. Dat bepaalt of je daadwerkelijk vrij bent om het aantal verlofdagen op te nemen dat je nodig hebt. 

5.  Goed werkgeverschap

Het principe ‘Je regelt je vakantie in overleg met je werkgever’ spreekt zeer aan. Dat geldt niet alleen voor vakantie, maar voor elke vorm van bijzonder verlof. Een goede werkgever is ruimhartig in geval van buitengewone omstandigheden - ziekte, overlijden, overbelasting - maar spreekt werknemers ook aan als zij primair handelen in hun eigen belang en geen oog hebben voor de belangen van collega’s, het team, de organisatie. 

Bevlogen, gemotiveerde, ondernemende werknemers met hart voor hun werk zullen echt geen 40 of 50 vakantiedagen opnemen. Die hebben doorgaans genoeg aan 25 dagen. 

De tevredenheid van werknemers over hun werk hangt overigens niet af van het aantal vrije dagen. Uit onderzoek blijkt dat 80% van alle Nederlanders met 20 vrije dagen tevreden is over zijn werk. Die tevredenheidspercentages zijn in andere landen beduidend lager, ook als het aantal vrije dagen hoger ligt: Amerikanen 73% (0 vrije dagen), Spanjaarden 65% (34 dagen), Fransen 65% (31 dagen), Britten 62% (28 dagen) en Italianen 57% (30 vrije dagen). 

*) Ontbijtseminar van HS Arbeidsvoorwaarden in samenwerking met Bureau Taal, 24 april 2018

http://www.hs-a.eu/home/

Benieuwd naar wat loopbaancoaching voor jou kan betekenen?